PIAS Handleiding  2024
Programma voor de Integrale Aanpak van het Scheepsontwerp
Huidplaatuitslagen en mallen

Dit menu geeft een lijst van alle aanwezige huidplaten. Huidplaten worden gedefinieerd als ‘huidgebied’, een begrip wat besproken wordt in Vlakken. Huidgebieden (engels: shell region) worden opgegeven in de GUI, zie daarvoor Define Shell Region. De eerste kolom in dit menu geeft aan of de plaat geselecteerd is of niet, de middelste kolom bevat de naam van het solid en de plaat, en de laatste kolom geeft aan of het gebied valide is. Valide platen kunnen worden geselecteerd voor het maken van plaatuitslagen en mallen.

Waarschuwing
Voordat er plaatuitslagen gemaakt worden dient u er zeker van te zijn dat de nauwkeurigheid in het model hoog genoeg is. De afstand tussen curves en de punten daarop dienen zo klein mogelijk te zijn, in ieder geval onder 1 mm. Zie [Alle curves consistent maken].

Huidige plaat verwerken

De plaat waar de tekstcursor op staat kan direct worden verwerkt met de volgende functies, of deze nu geselecteerd is of niet:

  • [Plate expansion]→[Current plate]→[On Paper and/or file] brengt een dialoogvenster op voor de uitvoer van de maattabel en/of tekening voor de uitslag van de huidige plaat, zie Productie van huidplaatuitslagen.
  • [Plate expansion]→[Current plate]→[On Screen] laat een tekening van de plaatuitslag zien op het scherm.
  • [Templates]→[Current plate] brengt het dialoogvenster op voor de uitvoer van maattabellen en/of tekeningen voor de productie van mallen voor het vormen van de huidige huidplaat, zie Productie van mallen.

Geselecteerde platen verwerken

Afhankelijk van de selectiestatus in de linker kolom, kunnen alle geselecteerde platen worden verwerkt met de volgende functies:

  • [Plate expansion]→[Selected plates on paper and/or file] brengt het dialoogvenster op voor de uitvoer van maattabellen en/of tekeningen voor de uitslag van geselecteerde platen, zie Productie van huidplaatuitslagen.
  • [Templates]→[Selected plates] brengt het dialoogvenster op voor de uitvoer van maattabellen en/of tekeningen voor de productie van mallen voor het vormen van de geselecteerde huidplaaten, zie Productie van mallen.

Productie van huidplaatuitslagen

Na selectie van een van de bovengenoemde functies voor huidplaatuitslagen verschijnt het volgende dialoogvenster voor de configuratie van de uitvoer.

plate_expansion_dialog_nl.png
Uitvoerconfiguratie van plaatuitslagen.
  • Vink [Maattabellen op papier] aan om de maattabellen met uitslaginformatie uit te printen op de gekozen printer. In deze uitvoer verschijnen ook eventuele waarschuwingen en foutmeldingen, zie Waarschuwingen en foutmeldingen.
  • Vink [Maattabellen naar ASCII file] aan om de maattabellen weg te laten schrijven naar een tekstbestand met de extensie .XTB. In dit bestand wordt tevens het plaatgewicht, het zwaartepunt en de benaderde snijlengte afgedrukt.
  • Met de optie [Tekening(en) naar IGES-file] wordt een bestand met de extensie .IGS aangemaakt, die lijnen van het IGES type 126 (NURBS curve) bevat.
  • De optie [Tekening(en) naar DXF-file (spline type)] genereert een DXF bestand met de lijnen in NURBS representatie. Een bestand met splines kan door Autocad versie 14 worden ingelezen, maar helaas bevat versie 2000 (e.v.) een ernstige bug. De merites hiervan zijn besproken in Alle lijnen 3D naar AutoCAD DXF-NURBS formaat.
  • De optie [Tekening(en) naar DXF-file (polyline type)] genereert een DXF bestand met de lijnen in DXF-polyline formaat, wat in essentie een keten van korte rechte lijnstukjes is.
  • Met de optie [Tekening(en) naar papier] worden de plaatuitslagen op de gekozen printer of plotter getekend.
  • Met de optie [In IGES- of DXF file alle lijnen per plaat gezamenlijk behandelen] aangezet worden de diverse lijnen van een plaatuitslag gedefinieerd als bij elkaar behorend. Zowel in IGES als in DXF terminologie heet zo'n structuur een blok, en het voordeel is o.a. dat bij het verschuiven van een plaat de hele plaat wordt opgepakt, en niet slechts de losse lijnen.
  • De [Maximale stapgrootte polylines] is, bij benadering, de grootste lengte van de rechte lijnstukjes van een polyline. Overigens kan het voorkomen dat aangrenzende lijnstukjes precies op een rechte lijn liggen, en in dat geval worden die stukjes samengevoegd en is de uiteindelijke lijnstuklengte dus groter dan de hier opgegeven maat.
  • Met [Alle tekeningen op een vaste schaal] kan de schaal worden opgegeven waarop alle uitslagen op papier getekend worden. Is deze optie niet gekozen dan wordt iedere plaat op zijn eigen schaal getekend.
  • Als bovenstaande optie niet is aangevinkt kan met de optie [Bij het tekenen een mooie (afgeronde) schaal gebruiken] ervoor worden gekozen dat een nette schaal gebruikt wordt, bv. 1:10 of 1:25. Het alternatief is dat precies die schaal gebruikt wordt waarbij de plaatuitslag nog net op het papier van het gekozen uitvoerapparaat past.
  • Met [Alleen de zichtbare lijnen op de plaatuitslag zetten] worden alleen die lijnen die in Fairway als zichtbaar zijn gemarkeerd getekend. Het alternatief is dat alle lijnen op de uitslag getekend worden.
  • Met de optie [Elke plaatuitslag in een afzonderlijke DXF-file] wordt voor iedere huidplaat een aparte DXF-file aangemaakt. Het alternatief is dat alle platen gezamenlijk in één file komen.
  • De optie [DXF-file incl. databasegegevens t.b.v. ShipConstructor] voegt aanvullende informatie aan het DXF bestand toe, zoals plaatoppervlak en plaatzwaartepunt. Tevens wordt er bij deze optie een additioneel DXF bestand aangemaakt met de (schetsmatige) driedimensionale vorm van de huidplaat.
  • Tenslotte kan bij de optie [maximum plaatafmeting] worden opgegeven hoe groot een huidplaat maximaal is. Deze maat (in meter) wordt gebruikt om, als de optie [Elke plaatuitslag in een afzonderlijke DXF-file] niet is aangevinkt, de onderlinge afstand van de uitgeslagen huidplaten in de resulterende IGES- of DXF-file vast te leggen.

Waarschuwingen en foutmeldingen

De uitvoer van maattabellen moet worden nagekenen op de aanwezigheid van de volgende meldingen:

Het maximum aantal zijden voor de plaatuitslag is 2000. Deze plaat heeft er ….
Deze melding geeft aan dat het maximum aantal zijden overschreden wordt. In deze context betreft dit niet het aantal randen in de plaatcontour, wat meestal niet meer dan 4 of 5 bedraagt, maar het totaal aantal randjes van alle facetten die zich in de betreffende plaat bevinden.
Het maximum aantal punten voor de plaatuitslag is 2000. Deze plaat heeft er ….
Deze melding geeft aan dat het maximum aantal punten in een plaat overschreden wordt.
Twee punten in deze plaat vallen samen. Er kan geen uitslag gemaakt worden.
Deze melding spreekt voor zich, nemen wij aan.
In lijn … is een afwijking tussen punt en lijn van meer dan 1 mm geconstateerd.
Deze waarschuwing is een indicatie voor lage nauwkeurigheid, maar het uitslagproces gaat wel gewoon door. Het resultaat moet echter met argwaan bekeken worden!
In lijn … tussen de punten … en … is de lijn geen geodeet. Het lengteverschil bedraagt daar …%. Geadviseerd wordt aldaar extra steun te geven d.m.v. een extra lijn.
Een onderdeel van het uitslagproces is het onderverdelen van het plaatoppervlak in driehoekjes, met als zijden een geodeet. Een geodeet is de kortste lijn, over een krom oppervlak, tussen twee punten. Bij een gering aantal punten in de plaat kan het zijn dat de driehoeksrandjes geen geodeet zijn. Dat kunt u verhelpen door in de buurt van de coordinaten die in deze waarschuwing in de maattabellen staan één of meer extra lijnen op te nemen. Ook na deze waarschuwing gaat het uitslagproces door, maar ook hier moet het resultaat met argwaan bekeken worden.
Het aantal punten op de plaat is …. Dat is meer dan het maximum van 1000. De plaatuitslag wordt wel uitgevoerd, maar is niet voor rek geoptimaliseerd.
Deze melding geeft aan dat het aantal punten in een plaat weliswaar kleiner is dan het absolute maximum, maar toch te groot voor rekoptimalisatie.

Productie van mallen

Mallen helpen bij het drukken van huidplaten om de juiste vorm te bereiken. Mallen lopen parallel aan één van de hoofdvlakken, opgegeven tijdens het aanmaken van de huidplaat, zie Definition of a shell plate. Een langsmal verbindt de overige mallen onder een bepaalde hoek.

Mutatis mutandis zijn hier dezelfde opties van toepassing als bij de uitvoer van de huidplaatuitslagen, Productie van huidplaatuitslagen.

plate_template_dialog_nl.png
Uitvoerconfiguratie van mallen.

Positionering en uiterlijk van mallen

Elke mal heeft een naam die overeenkomt met de naam van een polycurve op de plaatuitslag, zodat de positie vast staat. Tevens hebben alle mallen ter oriëntatie van mal op plaat, en van plaat in schip, zowel een uitsparing als een afschuining. De uitsparing, die bedoeld is als hulpmiddel voor de langsmal, van 25 × 25 mm aan de bovenzijde is er om te controleren of de mallen ten opzichte van elkaar in één lijn staan. De afschuining aan één zijde van de mal is ter oriëntatie van mal/plaat ten opzichte van het schip. Bij spanten als malvlak bevindt de afschuining zich aan de grootste breedte. Bij waterlijnen en verticalen als malvlak, aan de voorzijde van het schip.

De bovenkanten van de mallen voor een plaat liggen in één vlak. Dit vlak wordt zo gekozen dat het oppervlak van de mallen minimaal is met een minimale hoogte van 100 mm en ligt dus meestal niet in het vlak van spanten, waterlijnen of verticalen.

Als de optie [Maattabellen naar ASCII file] is aangevinkt worden coördinaten van de mallen weggeschreven in een .tpl file. Alle mallen van één plaat hebben hetzelfde assenstelsel, waarbij de hoogte wordt gemeten vanuit de bovenkant van de mal en de breedte ten opzichte van een gekozen referentielijn. Een fragment van zo'n .tpl file kan er als volgt uit zien:

Line : Frames    400   Location : 0.400 m
           X      Height      Angle
       100.7       130.5         89
       156.0       133.0
       211.3       134.3
       266.7       134.4
       322.0       133.1
       377.3       130.4         89
       239.0       134.5            (Longitudinal template)

Deze coördinaten kunnen worden uitgezet zoals aangegeven in de onderstaande figuur en geven zodoende de afmetingen van de mal.

template_dimensions.svg
Coördinaten uit de maattabellen definiëren de afmetingen van mallen.

De maattabel van een mal bevat twee hoeken. Dit zijn de hoeken (in graden) tussen het malvlak en de gedrukte huidplaat aan het betreffende uiteinde van de mal. Bij spant-mallen is dit de hoek tussen achterzijde mal en huidplaat, bij waterlijn-mallen tussen onderkant mal en huidplaat en bij verticaal-mallen tussen binnenkant mal en huidplaat.

De maattabellen worden afgesloten met nog vier waardes die worden aangegeven in onderstaande figuur:

  1. De lengte van het vakwerk van samengestelde mallen (A)
  2. De lengte van de langsmal (B)
  3. De hoek tussen mallen en langsmal, gemeten in het vlak door de bovenzijden van de mallen (C)
  4. De hoek tussen mallen en het vlak door de bovenzijden van de mallen, gemeten in het vlak van de langsmal (D)
template_framework.svg
Vakwerk van samengestelde mallen.